zondag 6 februari 2011

Vraag 1 en 2

Vraag 1: Wat zijn de basisbegrippen van de plichtethiek van Immanuel Kant?
Kant gaat uit van morele wetten die leidend moeten zijn in het handelen van de mens.
De basisregel die Kant daartoe formuleerde was de categorische imperatief, waarin wordt gesteld dat men zo dient te handelen dat men de consequenties van zijn handelen ook als algemene wet zou willen aanvaarden.
De plichtethiek wordt beschouwd als onderdeel van de deontologie. De deontologie is een stroming die uitgaat van absolute gedragsregels, die vaak worden gezien als normen. Iets was slecht is, is volgens een deontoloog altijd slecht. Ook als de uitkomst goed zou zijn, want er bestaat geen 'goed' als zodanig.(Hiermee staat de plichtethiek tegenover het utilisme) Het enige wat goed zou kunnen zijn is de intentie, de goede wil. Die goede wil impliceert de aanvaarding van bepaalde morele wetten.

Vraag 2: Op welke manier sluit de plichtethiek aan bij onze alledaagse morele ervaring?
De plichtethiek gaat uit van gedragsregels die gezien kunnen worden als normen. In het dagelijks leven willen mensen goed behandelt worden door andere mensen. Mensen hebben normen en waarden en handelen hiernaar.
Een voorbeeld van een norm zou kunnen zijn: 'Je mag niet liegen'. Voor die norm zijn verschillende redenen om het niet te doen.
1. Je mag zowiezo niet liegen, omdat je anders corrupt bent tegenover jezelf.
2. Doordat je liegt kan je je goede naam kwijtraken.
3. Er wordt gesteld door Kant dat men zo dient te handelen dat men de consequenties van zijn handelen ook als algemene wet zou willen aanvaarden. Dus als jijzelf liegt, dan geef je in feite aan dat je liegen als algemene wet zou willen aanvaarden. Terwijl ieder mens goed behandelt wil worden en niet voorgelogen wil worden.

Soms hebben mensen een leugentje om bestwil. In het geval van Kant blijft dit slecht, ookal is de uitkomst goed.

Bronnen:
-http://www.babylon.com/definition/deontologie/Dutch?uil=English&uris=!!TB460Z3FQ6&tid=Definition

-http://nl.wikipedia.org/wiki/Hypothetische_imperatief

-Tekst uit de reader

Vraag 9: Bij het lezen van de tekst ben ik plicht en neiging tegen gekomen. Ik vind het lastig om hierover een vraag te formuleren, maar ik denk dat ik niet helemaal goed snap wat er met plicht wordt bedoelt. Ook omdat neiging en plicht naast elkaar kunnen voorkomen, hoe kan je dan weten of je juist handelt of niet?

1 opmerking: